Wat gaat er veranderen?
Het Pensioenakkoord bevat afspraken over een aantal veranderingen in het pensioenstelsel. Denk hierbij aan de verhoging van de AOW-leeftijd en aan de aanpassingen van het SPF pensioen.
Wat gaat er dan veranderen in het nieuwe pensioenstelsel?
- De pensioenen gaan meer meebewegen met de beleggingsresultaten. De dekkingsgraad en de rekenrente spelen geen rol meer hierin.
- De pensioenen gaan eerder omhoog als het economisch beter gaat en omlaag als het economisch slechter gaat.
- De nadruk in het nieuwe pensioenstelsel ligt op de 'kapitaalopbouw' de ingelegde premie wordt gebruikt om te beleggen om een zo hoog mogelijk rendement te behalen. En daardoor een zo goed mogelijk pensioen.
- De premie wordt achteraf geïnd.
- Het nabestaandenpensioen is straks op risicobasis (verzekering) in plaats van dat deelnemers hier deels een potje voor opbouwen.
- De leeftijd voor een wezenpensioen schuift op naar 25 jaar.
- Keuze voor een vaste of variabele uitkering bij pensioneren.
Wat blijft hetzelfde in het nieuwe pensioenstelsel?
- Als u met pensioen gaat (of bent) ontvangt u pensioen tot aan uw dood. En ook voor uw nabestaanden wordt gezorgd.
- De risico’s en kosten delen we samen, hierdoor zijn we bestand tegen tegenvallers.
- Mogelijkheid om extra pensioen te sparen.
- Keuzemogelijkheden rondom pensioneren blijven bestaan, zoals eerder met pensioen en uitruilen etc.
Pensioenen in Nederland moeten zo meer toekomstbestendig worden.
De nieuwe pensioenwet biedt ook mogelijkheden om voldoende reserves aan te houden. Deze reserves dienen als een buffer om eventuele negatieve effecten zoveel mogelijk op te vangen. Op deze manier worden de risico's beperkt en blijft de stabiliteit van het pensioenstelsel gewaarborgd.